Hij is net terug in Den Haag en moet zijn spullen nog uitpakken, zijn kleding nog wassen en de jongen van Life Goals Den Haag die vroeg of hij wil kickboksen bij ‘Haagse Directe’ nog terugbellen. Maar Maarten van den Ouweland (50) is helder in zijn hoofd. In ieder geval een stuk helderder dan drie maanden geleden toen hij voor behandeling naar een kliniek ging.

“Een ontgiftingskliniek”, noemt hij De Wending, de kliniek die hem de afgelopen maanden hielp zijn leven weer op orde te brengen plus “wat achterliggende probleempjes” onder de knie te krijgen. Aan de term ‘verslavingskliniek’ heeft Maarten een hekel. Om goed behandeld te worden moet je je niet alleen op de verslaving zelf richten, aldus de ervaringsdeskundige, maar vooral op de achterliggende problemen.

MaartenPrecies daarom ging hij naar De Wending, de kliniek van het Leger des Heils in de bossen bij Apeldoorn. Vorige week rondde hij zijn behandeling af en stapte weer op de trein naar Den Haag. “Bewust leven, dáár gaat het om. Elke avond mijn schrift erbij pakken en ‘stap 12’ invullen: wat is er die dag goed gedaan, wat niet? Elke dag maak ik de morele balans op. Zo probeer ik een beter mens te worden.”

Benzine. Dat is het eerste wat hij gebruikte. Op z’n twaalfde, samen met zijn vriendjes. “We snoven het. Later gebruikten we tinner. Ook die rotzooi kan je snuiven, ja. Heb ik toch wel een jaar of drie gedaan. Kun je nagaan wat dat met je doet. Met je ontwikkeling, met je gezondheid.”

Hij praat in hoog tempo, alsof hij het kwijt wil. Geen geheimen meer, hij staat “open” en hoopt dat anderen leren van zijn verhaal. “Je moet bij je gevoel kunnen. In de kliniek kom je ook zat gasten tegen die nog helemaal verdwaald zijn. Die hun gedrag ontkennen. Die zijn nog wel een tijdje bezig.”

Praten over wat je voelt is belangrijk. Daar heeft hij zijn sponsor voor. Soms belt hij die wel twee keer per dag. “Ik heb dat nodig, ik moet het blijven doen. Dat kan bij mijn sponsor.”

Hij weet nog wanneer en vooral waarom hij ging snuiven. “Onzekerheid hè, dat is het is. Ik was een onzekere, angstige jongen. Dat zat er al heel vroeg in. Wij woonden in ’s Hertogenbosch, in een villawijk. Op de lagere school was het veilig. Daar zat mijn oudere broer ook. Ik kon alleen niet leren. Het lukte me niet te concentreren. Altijd zat ik een droomwereldje. Ik kon ook moeilijk verbinding maken. Later ging ik naar de lts. Daar werd ik gepest, vernederd. Had heel erg het gevoel dat ik er alleen voor stond. Toen ik in de derde op de schilderafdeling terechtkwam ben ik gaan snuiven. En blowen en bier drinken. Daarna ben ik crack gaan roken. Ja, dat heb ik toch wel een jaar of vijftien gedaan.”

Het grootste deel van die periode werkte hij als schilder. Het hielp hem zijn verslaving te financieren. “Eerst gebruikte ik alleen in de weekenden, maar die werden steeds langer als je begrijpt wat ik bedoel. Op een gegeven moment kon ik gewoon niet meer werken, terwijl werken heel belangrijk voor me was. Zo kon ik alles betalen. Toen ik dat kwijt was werd ik destructief. Liet echt alles uit mijn handen vallen. Zo ben ik dan ook weer.|

Als hij eerlijk is, zaten de problemen dieper. “Al voordat ik verslaafd was, had ik verslavingsproblemen. Dan pikte ik geld van mijn moeder om spul te kopen. Bij mij was het nooit ‘nee’, altijd ‘ja’. Het moet, het moet nu – dat gedrag. Als ik nu kinderen met soortgelijke problemen zie, ben ik wel eens jaloers. Nu kunnen ze je prima helpen. Ik was ‘lastig’ en ‘dom’, niemand keek naar wat er met me aan de hand was. Ook mijn ouders niet. Die werden altijd boos. Dan ga je stiekem dingen doen, hè. Zo is dat bij mij gegaan.”

Ook in klinieken werd meestal niet gekeken wie Maarten precies was. “Ik ben een tijd in een kliniek in Groningen geweest, een therapeutische kliniek. Ik had geen discipline, kampte met morele tekortkomingen, was een nietsnut, een junkie… Probeer dan maar eens clean te blijven.”

Toch lukte het Maarten zes maanden clean te blijven. Tot zijn moeder in maart vorig jaar overleed. “Met mijn moeder had ik een goede band. Toen zij wegviel had ik een terugval, die lockdown hielp ook niet. Dat was een eenzame tijd waarin ik weer ben gaan gebruiken. Tot ik naar De Wending kon. Die hebben me echt geholpen. Daar ben ik ook gaan kickboksen. Iemand vroeg me of zo’n programma van Life Goals niets voor me was. Ik ben meteen gegaan. Ik kon er zoveel in kwijt. Mijn pijn en verdriet, lekker de negatieve energie eruit trappen. Na de training voel ik me opgelucht. En ik werd nog zes kilo lichter ook.”

“Mensen zeggen weleens: ‘Maarten, dat gedrag van jou is oud gedrag, daar moet je vanaf’. Maar het is geen oud gedrag, het is van hier en nu. Het is zoals ik ben. Ik kan mezelf niet veranderen, wel er mee proberen te leven. Zo goed mogelijk, door mijn tekortkomingen te onderkennen en te proberen zo goed mogelijk te leven. Mediteren helpt, God en Jezus ook. Ze noemen me nu wel een ‘dankbare verslaafde’. Ik ben dankbaar voor alles wat ik aangeboden krijg, de mensen die me ondersteunen. Ik krijg zoveel terug! Weet je wat het is? Die programma’s werken niet alleen voor verslaafden, die werken voor iedereen. Ik kan ze iedereen aanraden, want wie wil er nou niet een beter mens worden?”

Leave a Reply

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.