“Tijdens het zwemmen en ontspan ik helemaal en dat neem ik de rest van week mee.”
Een jaar geleden begon welzijnsorganisatie Sedna in Emmen een praatcafé voor mensen die naar Nederland zijn geïmmigreerd. Omdat er ook behoefte was aan beweging, werd er in samenwerking met Life Goals Emmen een gezamenlijk beweegmoment georganiseerd. Dat begon met wandelen en leidde ertoe dat er tegenwoordig wekelijks zo’n veertig vrouwen in het water van zwembad Aquarena en het Neptunusbad in Klazienaveen te vinden zijn. Er worden zwemlessen gegeven, of de dames zwemmen zelf een stukje, of kletsen gezellig in het bubbelbad.
Van praatcafé naar sportactiviteiten
Terwijl de vrouwen na afloop van de zwemlessen de sauna induiken, spreken we met Harm Jan en Hidde, die als Maatschappelijk Sportcoach en Buurtsportcoach vanuit de gemeente Emmen bij het zwemmen betrokken zijn. Harm Jan legt uit hoe het project tot stand is gekomen: “Omdat de mensen van het praatcafé graag wilden sporten, zijn we begonnen met oefeningen in een zaaltje en daar is het zwemmen uit voortgekomen. Via via zijn er steeds meer vrouwen aangehaakt, waardoor er nu zelfs een wachtrij is.”
Meer dan zwemlessen
Vooral door Hannan zijn veel vrouwen bij de zwemclub gekomen. Hannan is geboren in Somalië en met drie kinderen uit Jemen gevlucht, waar ze als psycholoog werkte. Ze helpt graag anderen: “Sporten is belangrijk voor iedereen, maar nog meer voor vluchtelingen. Het is niet makkelijk om vluchteling te zijn, veel vluchtelingen hebben te maken met trauma’s. Daarom zijn deze zwemlessen meer dan zwemlessen. De vrouwen ontmoeten elkaar en het maakt hun hoofd leeg. Ook helpt het tegen lichamelijke en geestelijke klachten. En hebben vrouwen die anders de hele week thuis zouden zitten nu een reden om de deur uit te gaan. Daarom heb ik alle gevluchte vrouwen die ken benaderd om ook te komen zwemmen. Ik ben heel blij dat het er nu zoveel zijn. “
Dat het zwemmen populair is, blijkt ook uit de reacties van de deelnemende vrouwen, die dampend uit de sauna komen lopen om een praatje te maken. Mercy (zie foto hieronder) had een fijn leven in Oeganda. Tot ze moest vluchten vanwege politieke activiteiten. “Zeven jaar geleden ben ik zelf naar Nederland gevlucht en sinds 2 jaar zijn mijn kinderen ook hier. Ik ben blij dat ik mijn kinderen eindelijk weer bij me heb, maar ik vind het lastig om weer een nieuw leven op te bouwen. Daarom vind ik het zwemmen zo fijn. Ik ontmoet andere mensen en heb minder stress. Ook ben ik nu niet meer bang voor water!”
Sabela uit Eritrea is ook heel blij met de zwemlessen. “Ik vind het heel ontspannend en leer zwemmen. Ik kan bijna afzwemmen voor mijn a-diploma. Tijdens het zwemmen ontspan ik helemaal en dat neem ik de rest van week mee.” Shatha uit Irak kon al zwemmen toen ze begon met de lessen. “Ik heb vroeger al mijn diploma’s A en B gehaald. Nu ga ik voor mijn diploma C. Het is leuk met de andere vrouwen en zwemmen is mijn hobby. Het maakt mijn hoofd leeg en werkt ontspannend. Ik voel mezelf licht na het sporten: van sporten word ik nooit moe, wel van zitten. Sport geeft me een goed gevoel, het laat me voelen dat ik leef.”
Vertrouwensband
Niet alleen de vrouwen, ook Hidde en Harm Jan worden blij van de zwemlessen. Harm Jan: “De meeste projecten die we opzetten proberen we onder te brengen bij een sportvereniging. Bij de lessen gaat dat niet, want er is een vertrouwensband nodig. Dus doen we het samen met Aquarena. Het is mooi om te zien dat de zwemsters echt een band opgebouwd hebben met de zwemleraren. Ook is het fijn dat het project gefinancierd wordt door het lokale Sportakkoord ‘Emmen Beweegt’.”
Ook Hidde is enthousiast: “Eigenlijk vind ik dit het allermooist om te doen. Je kunt echt iets betekenen voor deze mensen. De vrouwen zijn heel trouw en komen elke week trainen. Ze willen alles leren, vinden het leuk en willen graag helpen. Betaald werk gaat nog niet, maar een paar vrouwen uit de groep doen nu ook vrijwilligerswerk bij FC Emmen: broodjes smeren bij toernooien, of drankjes inschenken bij de wedstrijden.”
Of hij zelf nog een Life Goal heeft? “Ik wil graag zoveel mogelijk mensen in aanraking laten komen met sport en voor iedereen een passend aanbod creëren. Zeventig procent van de kinderen sport, dertig procent niet. Die wil ik ook bereiken.