“Start je de dag goed, het liefst met sport, dan is de rest van de dag ook goed.”

Het is even wennen als we Jöran tijdens de Total Fit Activiteit spreken, een van zijn eerste Life Goals activiteiten. Hij lijkt zo sprekend op Zlatan Ibrahimovic dat we meer dan eens het gevoel krijgen tegenover de spits van AC Milan te zitten. Waar Ibrahimovic al vroeg goed bleek te kunnen voetballen, was Jöran een tennistalent. Op zijn twaalfde werd hij gescout door de Nijmeegse tennisclub Rapiditas, waar hij nog steeds actief is. Op zijn vijftiende was hij als jeugdspeler de nummer drie van Gelderland. 

Ook toen werd Jöran al vaak Zlatan genoemd. “De kinderen van mijn oude baas zeiden altijd: we zagen je op televisie. Het is ook een soort alter ego. Als ik me slecht voelde en Jöran niet wilde zijn, kon ik wel Zlatan zijn. Ik voel me er krachtiger door. Bij voetbal wilden vroeger zelfs de tegenstanders met me op de foto, waardoor je toch met 1-0 voorstaat. Maar tegenwoordig voel ik me meer Jöran dan ooit en ben ik er achter gekomen dat hij er ook mag zijn.”

Joran

Zlatan is gek
De periodes waarin het minder ging begonnen toen de vader van Jöran een heftig auto-ongeluk kreeg. “Ik kon niet goed omgaan met het ongeluk van mijn vader. Ik stopte met tennis op hoog niveau, ben twee keer blijven zitten en van school gewisseld, ging werken en veel blowen en drinken. Ook maakte ik al vroeg kennis met het studentenleven: ik was in die tijd vaak te vinden in het studentenhuis van m’n zus. Uiteindelijk heb ik mijn school afgemaakt en ben ik gaan studeren. Daar kreeg ik door studiedruk, een verbroken relatie en familieproblemen mijn eerste psychose. Die vormde het begin van een periode waarin mijn bipolaire stoornis zich openbaarde: depressieve en manische perioden en psychoses wisselden elkaar af. Nu gaat het goed met me, ik ben in balans en ik ben tevreden, maar het herstelproces duurde lang en duurt eigenlijk nog steeds voort.”

Over zijn bipolaire stoornis en de weg naar herstel heeft Jöran een documentaire gemaakt: Zlatan is gek. In deze documentaire gaat hij terug naar de plekken waar hij (gedwongen) opgenomen is geweest en spreekt hij met de mensen die hem toen begeleidden en behandelden. “Ik wil met deze docu het taboe op bipolaire stoornissen doorbreken en aan anderen laten zien dat er altijd een weg is. Zelfs als je dat zelf even niet inziet en veel last hebt van suïcidale gedachten, zoals ik ook heb gehad en nog steeds regelmatig heb. Tegelijkertijd heeft het maken van de film mij ook geholpen om beter om te leren gaan met mijn stoornis.”

Sporten om in balans te blijven
Sport helpt Joran om in balans te blijven. “Toen ik uit het ziekenhuis kwam woog ik 105 kilo. Ik wilde weer fit worden en ben gaan wandelen. Ook ben ik weer begonnen met tennis bij mijn oude club: Rapiditas. Zo kreeg ik ook weer een sociaal netwerk. Soms ga ik naar de club om te tennissen, soms om de frustratie eruit te slaan, soms gewoon voor een kopje koffie. Ook ben ik er vaak te vinden als vrijwillige groundsman. Sport is mijn uitlaatklep en ik word er blij van.”

Wel is het soms lastig om daarbij de lat niet te hoog te leggen. “Ik ga nog steeds altijd voor de winst, maar persoonlijk wil ik minder graag winnen dan vroeger. Ik speel veel beter als ik goed in m’n vel zit en het leuk vind. Opstaan, me goed voelen en lekker kunnen sporten vind ik nu belangrijker dan winnen. Ik heb geleerd dat je tevreden mag zijn, zowel in het leven als in sport, ook al gaat het soms niet goed.”

Het NK voor vijfentachtigplussers
Na een jaar geblesseerd te zijn geweest is Jörans nieuwe doel om volgend jaar samen met zijn tennispartner (Wouter Kropman) mee te doen aan het NK 40+. “Door mee te trainen met Life Goals wil ik weer fit worden voor het NK. Ook wil ik graag zelf een groepje beginnen om één keer per week te gaan sporten. Het liefst ‘s ochtends. Uit mijn depressieve perioden weet ik hoe belangrijk het is om de dag goed te starten. Een dag starten met beweging doet goed. Ik heb er nooit zin in, maar daarna voel ik me beter.  Start je de dag goed, het liefst met sport, dan is de rest van de dag ook goed. Omdat je al iets positiefs hebt gedaan.”

“Dat ik op het NK voor vijfentachtigplussers wil spelen, laat zien dat het goed met me gaat. Ik heb tot voor kort nooit uitgesproken dat ik graag oud wil worden.”

Na het NK volgend jaar heeft hij nog een doel dat hij graag wil bereiken in zijn leven: “Ik wil graag op het NK voor vijfentachtigplussers spelen: dat is mijn grootste kans op het winnen van het NK, aangezien er afgelopen jaar geen deelnemers waren. Dat ik dit nu kan zeggen laat zien dat het goed met me gaat. Ik heb tot voor kort nooit uitgesproken dat ik graag oud wil worden. Nu kan ik dat wel. Ik wil zo oud en mild mogelijk worden. Dat oud worden doe ik van dag tot dag. Dat werkt het makkelijkst: als vandaag slecht is, kan morgen weer goed zijn. Daarom vind ik het ook belangrijk dat je ‘s ochtends sport.”

Na zijn eerste training onder leiding van trainer Kirk Panda komt Jöran buiten adem en met een grote glimlach van het veld af: “Het is maar goed dat ik  nog even heb tot het NK.”

Jöran en zijn trainer Kirk Panda