Dutch Street Cup

De dromen van een voetballende moeder

By 24 January 2013 No Comments

Ichanta Piqué (24) woont als alleenstaande moeder in bij het Leger des Heils in Amsterdam-Noord. Voetbal is voor haar een uitlaatklep. “Juist nú is voetbal belangrijk in mijn leven.”

Ze deed dan wel afgelopen maand mee aan de Homeless Cup, maar echt thuisloos heeft Ichanta Piqué zich nooit gevoeld. Op een zomermiddag in juli verdedigt ze op de Amsterdamse Dam tijdens het Nederlandse kwalificatietoernooi voor de World Homeless Cup haar doel met katachtige reflexen. “Dat is mijn sterke punt,” zegt ze. Vergelijk haar met Ajax-keeper Kenneth Vermeer en ze begint te stralen. “Op doel weet ik goed wat ik moet doen. Sta ik onder de lat dan wil ik die bal koste wat kost uit het doel houden. En belangrijk op die kleine veldjes: je moet die bal snel weer in het spel kunnen brengen. Dat kan zomaar een doelpunt opleveren.” Overal doet ze ervaring op. “Ik voetbal in het park, in de tuin en in zalen. Op tv kijk ik veel voetbal, naar Ajax en het Nederlands elftal. Dan kijk ik speciaal naar de keepers.” Ze begon op klassieke wijze: “Eerst was ik gewoon een van de veldspeelsters. Toen me een keer werd gevraagd of ik op doel wilde staan, kwam ik erachter dat ik dat hartstikke leuk vind.” Mocht de mogelijkheid zich voordoen dan zou ze best profvoetbalster willen worden. “Maar dat is een soort ideaalbeeld.”

Geen zielig verhaal

Dit is geen verhaal over een zielig, uitzichtloos meisje na een dramatische jeugd. Op het vrolijke gezicht van Ichanta is de glimlach, ondanks alles, nooit ver weg. Ze voorziet een mooie toekomst voor zichzelf en voor haar zoontje Gilayso van vier jaar die tijdens de wedstrijden van zijn moeder op de Dam eindeloos met een bal in de weer is. Momenteel heeft Ichanta een woning bij het Leger des Heils in Amsterdam-Noord. “Ik kon nog wel thuis bij mijn moeder blijven wonen, maar ik wilde heel graag een woninkje voor mijzelf en voor mijn zoontje; ik wil niet afhankelijk zijn van mijn moeder.” Vier jaar geleden raakte ze zwanger en ze kon het eigenlijk niet helemaal geloven. “Mijn moeder zei tegen me: je wordt dikker, ik denk dat je zwanger bent. Ik dacht nog: nee joh, maar ik ging naar de dokter en ze bleek toch gelijk te hebben. En toen was ik het al meer dan vier maanden. Ik wilde altijd al een kind, maar dit kwam -onverwacht.”Ichanta wil haar zoontje, hoe jong ze zelf ook is, iets van de liefde meegeven die zij zelf voelde bij háár moeder. Ik ben opgegroeid in Amsterdam Zuid-Oost, in Bullewijk, en ik heb ervan genoten. Ik ben het enige kind van mijn moeder en van mijn vaders kant zijn we met ‘heel veel’. Eigenlijk was ik altijd bij mijn moeder. Zij en mijn tantes hebben me opgevoed, echt op z’n Surinaams. Met veel steun van andere familieleden en vooral met nog meer liefde.”

ichanta artikel

Zelfs staat ze er ‘voor 99 procent’ alleen voor in het opvoeden van haar eigen kind. “Dat is wel zwaar. Mijn moeder springt soms bij maar dat kan niet altijd. Zelf moet ik naar school en Gilayso natuurlijk ook. School heeft mijn aandacht nodig. Ik zou de steun van zijn vader goed kunnen gebruiken, maar daar kan ik nu eenmaal niet op rekenen. Ik heb ook geen pogingen gedaan hem bij de opvoeding te betrekken. Aan de ene kant ben ik daar best boos om: een kind maak je met z’n tweeën en dan moet je hem of haar ook met z’n tweeën opvoeden. Dan moet je ook je verantwoordelijkheden kennen, maar aan de andere kant: zoals het nu gaat, ben ik heel trots op mezelf.”

Eigen kamertje
De hulp die ze krijgt bij het Leger des Heils, is goed. “Er is daar een vertrouwenspersoon waar ik altijd terecht kan. Ik heb een eigen kamer, een eigen badkamer en een eigen toilet. Het is gewoon echt een volledig eigen woninkje.” In het Amsterdamse onderkomen wonen nóg negen alleenstaande moeders met kinderen. “Iedereen heeft z’n eigen unit. We komen best vaak bij elkaar over de vloer. Daar heb je dan ook steun aan.” Niemand blijft er voor altijd. “Je kunt daar twee jaar blijven. Je stelt doelen en die moet je bereiken. Als je de doelen hebt bereikt, melden de mensen van het Leger des Heils ons aan voor een nieuw huis.”

De energieke Gilayso heeft het soms moeilijk met de beperkte ruimte die hij heeft. “Hij woont met mij op een kamer en heeft dus geen plek voor zichzelf. Zo heeft hij wel minder rust. Gilayso is vrolijk en druk en houdt van voetballen. Gelukkig heeft hij nog een paar vriendjes in het huis waar hij zich mee vermaakt.”Haar dag ziet er als volgt uit: Vroeg op, de kleine naar school brengen, zelf van 9 tot 16 uur naar school. En dan: boodschappen halen, koken en eten. “Structuur is goed. Af en toe komt mijn moeder op bezoek. Tussendoor train ik met het voetbalteam in de zaal.”Later wil ze de zorg in, omdat ze de zorg die ze nu krijgt van anderen zo waardeert. “Ik wil later werken met ouderen en kinderen. Ik vind het iets gaafs: iemand hulp aanbieden. Ik heb mijn VMBO afgemaakt en doe nu MBO helpende zorg en welzijn.” Ze wil Gilayso het goede voorbeeld geven. “Mijn diploma halen, een goed baan krijgen en dan een eigen huis. In die volgorde.”Voetbal is voor haar een uitlaatklep en het geeft haar structuur, ontspanning en vriendschap. “Juist nú is voetbal enorm belangrijk in mijn leven. Als ik veel aan mijn hoofd heb, is voetbal even heerlijk. Voor Gilayso trouwens ook. Is hij druk dan laat ik hem rennen met de bal.” Haar teamgenoten zijn inmiddels vriendinnen. “We trekken ook buiten het veld met elkaar op. We steunen elkaar, hebben verschillende verhalen. Misschien dat we daardoor nu zo hecht zijn.”

Leave a Reply

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.